BoekenHome

Stootshorn, van plaggenhut tot landhuis

NU OOK VERKRIJGBAAR VIA DE HKM, VERKOOPPRIJS €21,95

Rond 1800 lag er bij het dorp Noordbroek, in een streek die Stootshorn heette, een uitgestrekt landgoed van een aanzienlijke Groninger regentenfamilie. Naast een groot huis lag er een uitgestrekt park met duizenden bomen, vijvers, boomgaarden en moestuinen. Bij dit bezit hoorden ook uitgestrekte deels ontgonnen stukken hoog- en laagveen. Vandaar de naam van het landgoed: Veenhuizen.

Na het overlijden van de laatste mannelijke eigenaar, Mr. Joseph Gockinga, liet zijn weduwe het bezit in 1852 veilen. Enkele opkopers namen delen van het landgoed over en verkochten die weer in kleinere stukken door. Kopers waren bijna in alle gevallen landarbeiders uit de omgeving. Landarbeiders die land kochten! In het boek wordt uitgelegd hoe zij hiertoe in staat waren. En juist dankzij die aankopen ontsnapten deze landarbeiders aan de diepe armoede die de Grote Agrarische Depressie in de jaren na 1878 elders veroorzaakte.

Rond 1900 waren velen van hen groentekweker of zelfs landbouwer geworden. Hun relatieve vooruitgang werd echter door de modernisering in de twintigste eeuw weer ongedaan gemaakt. Stootshorn lag te ver van moderne voorzieningen zoals waterleiding en elektra. Ver na de Tweede Wereldoorlog kwamen de overgebleven woningen in handen van mensen die de boerderijtjes tot prachtige landhuizen ombouwden.

In dit boek wordt de geschiedenis van Noordbroek en van de erbij behorende buurtschap Stootshorn beschreven vanaf de eerste bewoning tot onze tijd. Het dorp Noordbroek wordt geplaatst in een omgeving waar natuurlijke omstandigheden zoals de vorming van de Dollard en menselijke activiteiten het leven deden bewegen op de golven van de geschiedenis.

Tenslotte wordt ook en biografische schets gegeven van drie ‘grote zonen’ van Stootshorn. Mannen die alle drie voor hun grote verdienste voor de samenleving een koninklijke onderscheiding hebben gekregen en onder eenvoudige omstandigheden op Stootshorn school zijn gegaan. Het gaat om Geert Veenhuizen, Eltjo Rugge en Johannes Leonardus Amerika.